Akkermunt versus Kransmunt

Naar aanleiding van een waarneming afgelopen zomer ontstond een discussie op Waarneming.nl waarna Akkermunt Kransmunt bleek te zijn. Het blijkt dat Kransmunt wat minder vaak als optie komt boven borrelen dan Akkermunt en is dat terecht? De overzichten op Verspreidingsatlas.nl zouden wel eens heel verkeerde weergaven van de werkelijkheid kunnen zijn.
Nieuwsgierig als we zijn, zochten we informatie en vonden het overzicht dat Niels Eimers publiceerde. We delen het graag:

Mentha: Watermunt, Kransmunt, Akkermunt en Polei
Mentha is een berucht geslacht, de vele soorten lijken sterk op elkaar en kruisingen zijn veel voorkomend. De hier behandelde soorten kunnen alle vier door elkaar groeien en zijn niet altijd gemakkelijk van elkaar te onderscheiden. Fotografeer daarom altijd de onderste stengelbladen, de kelktanden in bloei- of vruchtstadium en de aan/afwezigheid van beharing binnenin de kelk in vruchtstadium.
Watermunt | Kransmunt | Akkermunt | Polei | |
Breedte onderste stengelbladen | 1,5-4 cm breed | 1,5-4 cm breed | 1-2 cm breed | Tot 1(-1.2) cm breed |
Bladrand onderste stengelbladen | 7-15 tanden, vrij diep getand | 5-13 tanden, vrij diep getand | 7-9 tanden, vrij diep getand | 1-4(-6) tanden, erg ondiep getand |
Kelktanden (bloei- of vru chtstadium) | Veel langer dan breed | Intermediair, langer dan breed | Ongeveer gelijkzijdig driehoekig | Onderste 2 langer en smaller dan bovenste 3 |
Beharing binnenzijde kelk (vruchtstadium) | Kaal | Spaarzaam behaard | Spaarzaam behaard | Dichte krans van haren |
Geur blad | Pepermuntig | Naaldboom/vies | Zoet/fruitig muntig | Vies |
Deelbloeiwijzes naar de top toe | Steeds groter, eindigend in de top | Gelijk blijvend, altijd in de bladoksels | Steeds kleiner, altijd in de bladoksels | Gelijk blijvend, eindigend in de top |
Bovenste deelbloeiwijze | Aan de top van de stengel, groot | In de bladoksels en soms enkele bloemen aan de top | In bladoksels van 2-4 na bovenste stengelbladen | Aan de top van de stengel |
Opmerkingen
- Alle vier de soorten maken bovengrondse uitlopers, maar Polei is de enige soort die geen ondergrondse uitlopers maakt.
- De vorm van de bladeren van de bovengrondse uitlopers zijn niet bruikbaar voor determinatie.
- De lengte van de bloemen en kelk verschilt ook tussen de soorten, maar dit is vanaf foto’s niet goed in te schatten.
- De bloemkleur is ook enigszins verschillend, maar is te variabel.
- De bladsteel is ook verschillend tussen de vier soorten, maar hier zit te veel overlap in.
Bron: Waarneming.nl, Niels Eimers (2018)
Tekst: Anne Marie Beeke